Klassiek Frans stoofgerecht: cassoulet met kippenbouten en varkenssaucijzen

Klassiek Frans stoofgerecht: cassoulet met kippenbouten en varkenssaucijzen

Cassoulet is een klassiek Frans stoofgerecht dat oorspronkelijk uit de regio's Languedoc en Toulouse komt. Het is een rijk en hartig gerecht, meestal gemaakt met witte bonen, verschillende soorten vlees (zoals gevogelte en varkensvlees), en langzaam gekookt tot alle smaken zich vermengen.

Oorspronkelijk was cassoulet een gerecht dat vooral door de boerenbevolking werd gegeten. Het was bedoeld om restjes vlees te gebruiken en zo verspilling tegen te gaan. Cassoulet wordt vooral tijdens de koudere periodes van het jaar gegeten - in de herfst, winter of het vroege voorjaar - omdat het een rijk en verwarmend gerecht is dat goed voed. Net datgene wat je nodig hebt tijdens de lange, donkere en koudere maanden van het jaar!

Dit heb je nodig voor 8 personen:

500 g gedroogde witte bonen (bijv. cannellini of flageolet)

2 el olijfolie

1 grote ui,

2 wortels

4 teentjes knoflook

2 laurierblaadjes

2 takjes tijm

1 takje rozemarijn

140 g gerookte spekreepjes

4 kippenbouten van Gildehoen

4 varkenssaucijzen

300 g schouderkarbonade

2 tomaten

750 ml kippenbouillon

200 ml droge witte wijn

Zout en peper naar smaak

Paneermeel

Zo maak je de cassoulet met kippenbouten en varkenssaucijzen:

Begin met het voorbereiden van de bonen, een dag van te voren. Spoel de gedroogde witte bonen af en laat ze een nacht weken in ruim water. Giet de volgende dag het water af en zet de bonen apart.

Daarna doe je de bonen in een grote pan met vers water. Breng aan de kook en laat 10 minuten koken. Voeg daarna de laurierblaadjes en tijm toe en laat de bonen zachtjes koken tot ze gaar zijn, ongeveer 1 uur. Giet af en zet apart.

Snipper de ui, snij de wortels en tomaten in blokjes en hak de knoflook fijn.

Verhit in een grote ovenvaste braadpan de olijfolie. Voeg de ui, wortel en knoflook toe en bak tot de groenten zacht zijn.

Nu is het tijd om de verschillende vleessoorten aan te braden. Bak eerst de varkensschouders rondom bruin en haal ze uit de pan. Daarna voeg je de varkenssaucijzen toe en bak je die ook bruin. Haal de varkenssaucijzen uit de pan en voeg tot slot de spekreepjes toe en bak die knapperig.

Doe daarna de tomatenblokjes in de pan en blus af met de witte wijn. Laat een paar minuten inkoken.

Voeg de bonen, de varkensschouder, en de helft van de bouillon toe. Breng op smaak met zout en peper. Leg de kippenbouten en de worsten bovenop de bonen.

Verwarm de oven voor op 150°C.

Voeg de rest van de bouillon toe zodat de bonen net onder staan. Bestrooi de bovenkant met een dunne laag paneermeel.

Zet de pan (afgedekt) in de oven en laat 2-3 uur zachtjes sudderen. Roer af en toe om te voorkomen dat de bovenkant uitdroogt. Voeg indien nodig extra bouillon of water toe.

Verhoog de oventemperatuur tot 180°C. Verwijder de deksel en laat de cassoulet nog 30 minuten in de oven staan zodat de bovenkant mooi bruin en knapperig wordt. Bestrooi indien gewenst nogmaals met een beetje paneermeel.

Serveer de cassoulet heet, gelijk als het uit de oven komt. De cassoulet wordt traditioneel geserveerd met een groene salade en een stuk knapperig brood.

Eet smakelijk!